Hoofdstuk 6

 

Bestudeer hoofdstuk 6 van je studieboek

Inkoop

 

Een inkoper zit op een kwetsbare positie in het bedrijf; de verkopende partijen waarmee hij te maken heeft hebben veel over voor een voorkeursbehandeling. Inkoopfraude is dan ook een reëel gevaar. De inkoper krijgt daarbij geld of cadeaus aangeboden in ruil voor een inkooporder bij de betreffende leverancier, ook al biedt die niet de beste waar voor het geld.

 

 

Vraag:

Hoe zorgen we ervoor dat alleen die zaken worden ingekocht die ten goede komen aan de doelstellingen van de organisatie? Noem minimaal 5 passende beheersmaatregelen.

  • Inkopen mogen alleen uitgevoerd worden door daarvoor geselecteerde personen (vaste inkopers);
  • Bij selectie/aanname van deze inkopers dient een backgroundcheck uitgevoerd te worden door HRM;
  • De inkopers mogen niet op eigen initiatief inkopen; het initiatief tot inkopen wordt door daarvoor bevoegde personen genomen. Van deze bevoegde personen is een lijst opgesteld door de directie;
  • De initiatiefnemer legt precies vast aan welke specificaties de inkoopopdracht moet voldoen;
  • Door de directie kan beslist worden dat uitsluitend gebruik gemaakt mag worden van leveranciers die staan op een lijst met van door de directie bepaalde voorkeursleveranciers;
  • De inkoper vraagt -als het om materiële bedragen gaat (per organisatie nader te definiëren) – minimaal 3 offertes op bij verschillende leveranciers;
  • De inkopers moeten de ontvangen offertes en de door hun voorgestelde keuze en argumenten voorleggen aan de inkoopmanager ter fiattering;
  • Met leveranciers wordt een inkoopprotocol getekend, zodat ook zij weten met wie ze uitsluitend zaken mogen doen en onder welke condities. Contractueel zal verder afgesproken worden uitsluitend leveringen mogen plaatsvinden op het zakelijk vestigingsadres, zodat men zicht heeft op eventuele geschenken.
Antwoord indienen